1.
Nooit is de romantiek echt “weg geweest” Op het hoogtepunt van de “Neo-Barok”
behandelde Harry Mayer in het KNOV-blad werken van Reger en Vierne.( Maar ook o.m. Messiaen, , Kees v.an Baaren. en de vroege Manneke)
Wel traden zowel het serialisme, als de “Authentieke practijk” tegellijertijd sterk op de voorgrond. We kunnen/konden in beide gevallen wel degelijk van “frisse (zo niet soms: zeer koude) winden”.spreken. De verbale oorlogen waren scherp in die dagen (en nog steeds) Het authenticisme (= eerst Neo-Barok, en daarna Historisme) keerde zich tegen de Romantiek en de industrie-orgelbouw. Ook het serialisme verachtte de tonaliteit. Hyper“modern”en Hyper “Oud” keerden zich dus tegen de conventies uit die jaren.
2.
Herwaardering van de Romantiek, en ook het uitstekend afgewogen vraagstuk: “Is elk vroeg 20-ste euwse orgel een vervalorgel???” geven zeker geen frisse wind, alswel een objectieve en goede kijk op instrumenten en hun muziek uit het iets nabijere verleden. Ook tonaal componeren mag weer. Nu echter wordt door de jongere generaties denigrerend gesproken over “de Modernisten”. Schoenberg: een soort 20ste eeuwse vergissing.". Dat is dus arrogantien van de andere kant.(Algemeen bedoeld!!) Het feit, dat jongere (organisten-)generaties organisten hun kijk op de romantiek geven is een prima zaak.
3.
We moeten ook niet vergeten, dat de “authenticisten”behoorlijk aan het opschuiven zijn in de geschiedenis; was het in de 20e eeuw de renaissannce + Barok, die onder de loupe ging:Nicolaus Hanrnoncourt vroeg aan het concertgebouworkest 5 repetities voor: Johan Strauss…(!) De orkestleden lachten hem vierkant uit aanvankelijk, maar na 5 reptities bekeken ze Strauss wel heel anders. Wat te denken van het vraagstuk: Debussy: op een Steinway of een Erardvleugel???
4
Practijkvoorbeeld: Albert de Klerk speelde doodgemoedereerd Franck op het Mullerorgel in de Oude Bavo, zijnde daar stadsorganist.Ook in de 60er jaren.
5..
Vertalen ( in registraties) is een “must”in Holland. Dat is een muzikale uitdaging.
We zijn niet al teveel verwend met “authentiek-romantische”orgels, hoewel…….
Een authentiek ijkpunt (geen dogma) in wat voor bouw-/muziekstijl dan ook, is prima. Kan dus ook naar “vertaalregistraties” op een ander orgeltype inspirerend werken. We weten allemaal wel, “Heures mistyques”van Boellmann op een koororgel uit `1511 in Alkmaar niet werkt……
6.
Kortom: de schijnwerpers zijn veranderd; hevige zaken uit de vorige eeuw worden anders benaderd, of zijn tot een verzadigingspunt gekomen; zolang echter de “Romantiek”door gewetensvolle en getalenteerde musici ter hand wordt genomen, kunnen de liefhebers en luisteraars zelf wel beoordelen, wat kwaliteit heeft of niet.
. Tux schreef:
>
> Kun je je mening ook onderbouwen? Denk bijv. 'ns aan een
> uitspraak van Gustav Leonhardt:
> "Wanneer een uitvoering overtuigt kan ze authentiek worden
> genoemd"
>
> We lezen het wel ….