Over het mogen spelen op een “vreemd” orgel heeft hier twee pagina's terug een interessante discussie gewoed, die ik nog eens nagelezen heb.
Ik ga die discussie niet weer aanzwengelen, alleen even dit: het studeren op een kerkorgel zou natuurlijk gewoon gratis moeten zijn. Sterker nog: het zou van kerkelijke zijde sterk gestimuleerd moeten worden!
Diegene die zich wil bekwamen in het orgelspel is wellicht de organist die de betreffende kerk jaren later uit de nood helpt. Het mes snijdt aan twee kanten: de student leert het orgel kennen, bouwt contacten op met kerkfunctionarissen, zodat de sprong naar een functie als vervanger of zelfs als vaste organist nog maar klein is.
Ik zou ervoor willen pleiten dat er een centraal netwerk opgezet wordt van orgels in een bepaalde plaats of streek, waar studenten gebruik van mogen maken. Vergelijk het met een bibliotheek: alleen leen je hier geen boeken, maar een sleutel van de kerk en het orgel. Als de aanwezigheid van de studenten netjes op papier staat is er ook geen gevaar van vernielingen etc, omdat iedereen gerigistreerd wordt. Dat zou toch fantastisch zijn? Ook voor de beroepsorganisten: je bezoekt als tourist een stad en je gaat eerst naar het centrale meldpunt informeren waar je in die stad op een mooi orgel mag spelen. Dat is eens wat anders dan gesloten kerken en wantrouwige functionarissen!
Ik heb zojuist een vakantie achter de rug in Duitsland, de Pfaltz. Mooie kerken en orgels overal, maar nergens de gelegenheid om te spelen. Heel vriendelijke mensen, daar niet van. Op één plaats stond een orgel van Rinck (de leermeester van Silbermann), uit 1695. De kerk was dicht, maar van een buurman kregen we een sleutel en mochten zonder toezicht de kerk en het orgel bekijken (helaas was de speeltafel afgesloten). Ik bedoel maar: een beetje vertrouwen in de mensheid kan nooit kwaad. Die buurman zag meteen dat wij oprecht geinteresseerd waren en dat we geen vandalenstreken zouden uithalen. Het is in de meeste gevallen helemaal niet nodig om als een waakhond over je orgel te waken.
Er zijn trouwens nogal wat verschillen in landsaard. In Duitsland is de macht van de organist (Herr Professor!) heel groot, daar kun je niet zomaar even met je koor een misje komen doen. Van een collega, die geregeld in Aken speelt hoor ik die verhalen nog al eens: de vaste organist is er altijd bij, die staat in je nek te ademen, je mag zelfs niet zelf registreren, want Herr Professor weet het beste wat goed klinkt op “zijn” orgel!
Dit laatste heb ik nooit zelf meegemaakt, dat zou ik zelf nooit tolereren. Wel verbaas ik me als ik in Duitsland speel erover dat de vaste organist inderdaad altijd aanwezig is. Heeft die niets beters te doen?
Van een vakantie in Engeland herinner ik me dat het spelen eigenlijk nergens een probleem was. Ik heb toen ook op veel plaatsen orgels kunnen proberen, maar een goed Engels orgel vinden staat gelijk aan het vinden van een naald in een hooiberg (ik hoop niet dat ik nu mensen heb beledigd…)
In m'n eigen woonplaats is de kerk in het toeristenseizoen meestal overdag open, daar is de mogelijkheid tot spelen, maar het volume moet enorm beperkt worden omdat er altijd rondleidingen gehouden worden. Dat heeft me eens een ruzietje met de pastoor opgeleverd, omdat ik even te hard gespeeld had… Daar is dus geen lol aan te beleven, maar het orgel is ook niks bijzonders, zo'n pneumaat van Verschueren uit de jaren 60. Laten ze daar maar hun ceedeetjes draaien als ze dat mooier vinden.
Goed, ik zie dat dit al een flink verhaal geworden is, ik zal maar eens stoppen. Iemand een reactie?
Rob